Stoppen met roken (mijn beste beslissing ooit)

De kleine draak die rond mijn 16e in mijn leven kwam, groeide in korte tijd uit tot een monster.

Ik probeerde gewoon zo veel mogelijk te roken. Sigaretten en shag naast elkaar. ’s Ochtends bij de koffie, ’s middags bij de thee, ’s avonds bij het bier en ’s nachts naast de shoarma.

Anderhalf pakje per dag, makkelijk.

Ik vond het zelfs jammer dat ik moest gaan slapen, want dan kon ik niet meer roken. Gelukkig lukte het mij om relatief vroeg te stoppen. Hoe kon het zo ver zijn gekomen?

Ergens op de middelbare school was ik er voorzichtig mee begonnen. Buiten voor de hoofdingang van het Stedelijk Gymnasium, tussen de andere rokers.

Zij waren allemaal iets ouder. De geur trok me aan. Het was cool, mysterieus, spannend, volwassen. Allemaal dingen die ik blijkbaar niet was maar wel wilde zijn.

Rokers hádden ook iets, vond ik, iets rebels. Ze trokken zich nergens wat van aan. Ze hadden de leukste gesprekken en de beste grappen.

Ik hield van jazz en in plaatjes en films zag ik ook altijd mensen roken.

Langzaam nam het roken bezit van me.

Voor je het doorhebt, ben je er helemaal aan.

Wanneer je niet meer bietst, maar zelf pakjes gaat kopen. Wanneer je bij iemand even geld leent omdat je anders zónder zit. Wanneer je stiekem rookt. Dat zijn de eerste tekenen van verslaving.

Het roken bracht nieuwe gewoonten met zich mee. Sommige daarvan presenteerden zich als voordelen.

Ik voelde een speciale verbondenheid met andere rokers.

Met een paar vrienden heb ik wel eens een taxi gebeld, die we vroegen om sigaretten te trekken in een automaat aan de andere kant van de stad.

Was midden in de nacht mijn pakje leeg, dan zocht ik in de asbak naar een peuk die ik misschien nog kon aansteken.

Wildvreemden sprak ik aan, hoe wild of hoe vreemd ook, om te bietsen.

Ik kon strakke sjekkies draaien — maar niet té strak natuurlijk. En mooie kringetjes blazen. En daar dan heel rebels bij kijken.

Vreemde rituelen misschien, maar ja, ik was er helemaal aan. Zo rookte ik jarenlang stevig door.

Tot ik er genoeg van had.

Dit moment van enorme frustratie blijkt achteraf een zegen.

Mijn studentenkamer stond permanent blauw, mijn kleren stonken en als saxofonist had ik mijn longen nog hard nodig. Die pakjes kosten ook vreselijk veel geld.

Ik besloot te stoppen en na een rookvrije week verkondigde ik trots aan mijn beste vriend dat ik nu al een hele week gestopt was. Ik stuiterde helemaal door de kamer, wist me blijkbaar niet goed raad met zoveel zuurstof.

‘Het is gelukt!’ dacht ik. Ik begon het al te geloven.

‘Doe eens relaxed man, je bent echt niet te harden.’ zie hij, ‘Hier, neem in vredesnaam een sigaret.’ En binnen de kortste keren was ik er weer helemaal aan.

Dat had ik natuurlijk niet moeten doen. Maar zo is het gegaan. Blijkbaar was ik er nog niet klaar voor.

Hoe kun je stoppen met iets niet meer te doen?

Maandenlang voerde ik een gevecht, in stilte. Een paar maanden later raakte ik rock bottom. Ik was letterlijk ziek van mezelf.

Ik vond het zó erg dat ik nog rookte. Maar ik kón niet stoppen. Ik wilde wel, maar wist niet hoe.

Hoe kun je stoppen met iets niet meer te doen? Toen vond ik in de boekhandel het boek van Allen Carr. Bij wijze van statement legde ik het eerst een paar dagen pontificaal op mijn bureau. Toen begon ik te lezen.

Tijdens het lezen van dit boek mag je gewoon blijven roken hoor.’ las ik en dat stelde mij gerust.

Wat ik las, is dat een verslaving twee elementen heeft. Allereerst een lichamelijke: het stofje dat in sigaretten zit zorgt ervoor dat je lichaam ogenblikkelijk naar de volgende sigaret verlangt op het moment dat je je sigaret uitmaakt.

Wat ooit begon als een onschuldige escape, een moment van rust, van even op adem komen, van stoom afblazen, was uitgegroeid tot een neurotische gewoonte om elke seconde bezig te zijn met de volgende sigaret. Dat was ik zó zat!

De fysieke verslaving zet alles in gang voor het tweede element: de mindset. Om je lichaam maar te geven wat het (denkt dat het) nodig heeft, ga je je (zonder dat je het zelf doorhebt) in allerlei bochten wringen die het voortzetten van het roken rechtvaardigen.

Niet beginnen en tijd winnen

Lang verhaal kort: als je wilt stoppen, moet je kost wat kost niet die eerste nemen. Dat kost enige moeite. Je onderdrukt tijdelijk je lichamelijke behoefte. Maar die ebt uiteindelijk vanzelf weg.

Dus tijd winnen. Intussen herinnert je verstand zich maar al te goed dat je niet wilt roken. En dan heb je het onder controle.

Tenminste, zo ging het bij mij. Ik heb het boek van Allen Carr dichtgedaan (helemaal uitlezen hoefde niet) en daarna nooit meer gerookt. Cold turkey.

Beste. Beslissing. Ever.

In die eerste moeilijke dagen daarna had ik opmerkelijk veel steun aan de juiste woorden. Want mijn lichamelijke verslaving kon ik niet zomaar veranderen. Maar hoe vertel je je brein dat je wilt stoppen met iets niet meer te doen?

‘Het is altijd beter voor mij om niet te roken’.

Dat is het zinnetje dat me er doorheen heeft geholpen. Dat zorgde er namelijk voor dat je die eerste niet neemt. Als je dat kunt weerstaan, word je met de minuut sterker. Ik wilde me goed voelen. Je kunt niet gezond zijn én roken tegelijk.

Wanneer bereik je dat allerdiepste dal waardoor je eindelijk in beweging komt? Ik ben in elk geval blij dat ik het pijnpunt bereikt heb, dat ik écht wilde stoppen.

Iedereen weet: je kunt het vaak genoeg tegen jezelf zeggen, maar het ook echt doorbreken voelt totaal anders.

Mijn kleren roken weer fris, ik kon weer voluit ademhalen, mijn huid begon er meteen beter uit te zien, ik zag en proefde meer, de melodieën op mijn saxofoon werden langer en klonken beter, ik voelde mijn lijf weer stromen.

Het is dit jaar twintig jaar geleden dat ik ben gestopt en ik ben nog steeds blij en trots dat ik het tijdig heb doorbroken. En dat gun ik iedereen.

tom beek (c) hans reitzema

Tom Beek, saxofonist, tekstschrijver, webdesigner en fotograaf. Onregelmatig op Twitter en Instagram. Eindredacteur Jazz Bulletin. Nerd/helpdesk/detective. Gek op jazz, koffie en camera's. Ruikt aan boeken.

0 gedachten over “Stoppen met roken (mijn beste beslissing ooit)”

  1. Twintig jaar, gefeliciteerd! Ik zit op de 18. Stopte cold turkey, omdat mijn vriendje destijds iets engs in zijn longen kreeg (en mij niet wilde zeggen wat exact). Roken mocht ie niet meer. Ik was solidair met hem. De eerste ochtend was ‘t moeilijkst. Ik besloot direct uit bed in het buitenzwembad van zijn ouders te springen om te genieten van frisheid in plaats rooklucht. Dat lukte, het was eind oktober. Brrr. 🙂 Daarna was ik een niet-roker. Vriendje rookte de volgende dag alweer en was niet lang daarna ex-vriendje.

    Beantwoorden
    • Bij mij was pas mij derde serieuze poging succesvol. Eerst 11 maanden gestopt. Vervolgens 14 maanden. Uiteindelijk nu alweer 12 jaar zonder. Het voordeel van pas na meerdere pogingen succesvol stoppen is dat je leert van de keren waarop het niet lukte. Je herkent de valkuilen. Succes!

      Beantwoorden
  2. Afgelopen 5 december was dat voor mij 20 jaar geleden. (Door je verhaal ben ik gaan terugrekenen, want ben er nooit meer mee bezig geweest). Zonder moeite, want gemotiveerd. En nooit meer behoefte aan gehad.

    Beantwoorden
  3. Ik zit pas aan de 2,5 jaar (al is het me eerder eens 6 jaar gelukt – maar ja, scheiding en terugval). Ben door velen ooit Moeder Aller Rokers genoemd (2 pakjes p/d). Daarnaast nog blowen, want dat was (toen ik begon) ook stoer. Een paar maanden terug liep ik m’n eerste hele Marathon (in de jaren daarvoor had ik alleen al onmogelijk 4 uur zonder peuk kunnen zijn). Inderdaad Tom, beste beslissing ooit!

    Beantwoorden
  4. Fijn zeg. En heerlijk hè? Bij mij inmiddels ruim 24 jaar. En op dezelfde manier nu bijna drie jaar geleden ook gestopt met alle alcohol. Zo mogelijk nog fijner!

    Beantwoorden

Plaats een reactie