Otis, de stem die nooit dood is

Het is december 1967. Otis Redding treedt een week op in het beroemde Fillmore West Auditorium in San Francisco, en logeert buiten de stad. Vanaf het terras in zijn boothuisje in Sausalito kijkt hij uit over Richardson Bay.

Hij heeft veel om over na te denken. Zijn stembanden zijn net hersteld van een operatie. Platenmaatschappij Stax Records wil hem aan banden leggen. Hij ziet dat Bob Dylan en The Beatles de muziekwereld hebben opgeschud.

Intussen is zijn huwelijk gestrand, omdat hij zonodig verliefd moest worden op een ander. Zakelijk gaat het hem gelukkig goed. In zijn nieuwe vliegtuig kan hij de hele band meenemen, een Beechcraft met twee motoren.

Talent

Even dwalen zijn gedachten af naar zijn jeugd in Georgia. Hij denkt aan de Vineville Baptist Church in Macon, waar hij heeft leren zingen. Aan de talentenjachten in het Douglass Theatre. Toen hij die voor de vijftiende keer op rij had gewonnen, mocht hij niet meer meedoen.

Nu is hij hier. Sommigen noemen hem nu al de grootste soulzanger aller tijden – maar hij is pas 26.

Hij kijkt voor zich en ziet een haventje. Hij heeft de zon op zijn gezicht, zijn gitaar op schoot. Het geluid van meeuwen en kabbelend water. Bootjes die heen en weer dobberen, vissers die hun netten ophalen. In de verte ziet hij de ferry naar Oakland.

De zanger kijkt naar de horizon, pakt zijn gitaar en mompelt wat melodietjes voor zich uit. Sittin’ in the mornin’ sun/ I’ll be sittin’ when the evenin’ comes.

Earl ‘Speedo’ Sims, de huisgenoot en beste vriend van Otis Redding, hoort steeds dezelfde riedel voorbijkomen. ‘Wanneer maak je dat liedje nou eens af?’ vraagt Speedo.

Zijn grootste hit

Vijf maanden later is de tijd rijp: op 22 november 1967 nemen Otis Redding en gitarist Steve Cropper het nummer op in de Stax Studios in Memphis. Ze hebben de tekst, ze hebben een bridge. Nu de ritmesectie erbij.

Drummer Al Jackson en pianist Booker T zijn geboekt. Zijn MG’s komen ook. En natuurlijk de blazers van de Mar-Keys. ‘Dit wordt nachtwerk’, denkt Otis Redding. Er is nog één probleem: voor het laatste couplet hebben ze nog geen tekst. Op die plek fluit hij de melodie. De rest kan later wel.

Maar op 10 december 1967 slaat het noodlot toe.

Na een optreden in Cleveland overlijdt Otis Redding in een vliegtuigongeluk.

Terwijl de wereld in shock is, zorgt Cropper in de weken erna dat Sitting On The Dock Of The Bay alsnog uitkomt. Jingle-studio Pepper Records helpt hem aan geluiden van golven en zeemeeuwen, die zet hij bij de muziek.

Maar de opname van zijn grootste hit zou Otis zelf nooit meer terughoren.

tom beek (c) hans reitzema

Tom Beek, saxofonist, tekstschrijver, webdesigner en fotograaf. Onregelmatig op Twitter en Instagram. Eindredacteur Jazz Bulletin. Nerd/helpdesk/detective. Gek op jazz, koffie en camera's. Ruikt aan boeken.

Plaats een reactie