De muziek van mijn 1984

Hast du etwas Zeit für mich? Dan vertel ik je over mijn 1984.

Het jaar van 99 Luftballons waarin ik — om indruk te maken op een meisje — de tekst uit mijn hoofd leerde van Against All Odds. Haar naam ben ik vergeten, maar ze heette geen Joanna.

Voor muziek was het voor mij een topjaar. Zoveel zonnige popnummers zoals Let’s Hear It for the Boy en I feel for You.

De tijd waarin Madonna nog prachtige liedjes maakte zoals Borderline.

Muziek luisterde je niet meer, nee je keek MusicBox.

I can dream about you, dagdroomde ik weg bij de liedjes van Pat Benatar of Cindi Lauper en ik vroeg mij af of het er in de Leidse woonwijken, bij de meisjes in mijn klas en hun vaders er thuis net zo aan toe ging.

1984, toen het Internet nog van hout was, toen Patricia Paay nog uit één stuk bestond, Nederland maar drie twee tv-zenders had en er nog uitzicht was op een Elfstedentocht.

Iets als sms’en was er toen nog niet, maar bellen deden we nog wel gewoon. Stevie Wonder nam zelfs de moeite om I Just Called to Say I Love You op te nemen.

En dan dat meisje in de clip van Hello, de muziek was al prachtig maar ik kreeg er kippevel van.

Het was ook het jaar van I want to break free en na deze clip zou stofzuigen nooit meer hetzelfde zijn.

Radio Ga Ga was voor het eerst op de radio, het ‘nieuwe’ Queen. Gek en een beetje spannend, maar ik bleef fan. Ook Dolly Dots vond ik ook te gek.

Somebody’s watching me, zong een of andere neef van Michael Jackson, nooit meer wat van gehoord.

Jermaine, ook familie, vroeg zich af When the rain begins to fall maar die vrouw in die indianentooi wist het ook niet.

Zo saveden we the day, met Roberto Jacketti en zijn scooters.

In die tijd deed je sowieso alles In The Name of Love.

Het was ook het jaar waarin Hall & Oates weer een hitje hadden, hoera!

En Tim Finn kende ik nog niet, wat leuk was dat!

Zou het nummer al Big in Japan zijn? Hmm, meer iets voor Wang Chung.

Andere leuke ontdekkingen, allemaal uit 1984 dames en heren: Nik Kershaw, Everything but the Girl en Talk Talk.

Dat Danny DeVito nota bene baritonsaxofoon speelde bij Billy Ocean, heeft mijn beeld van wat een goede saxofonist was beslist geen goed gedaan.

En dat beeld was al niet best, wat weer de schuld was van Sade.

Daarna werd het imago nog verder de grond ingetrapt door de modejongens van Spandau Ballet. Goeie liedjes die gasten, maar dát plastic saxofoongeluid vergeef ik hen niet.

De saxsolo op Don’t Answer Me kon ik wel waarderen — hele mooie clip trouwens.

Gelukkig ontdekte ik net op tijd dat er ook echte saxofonisten bestonden zoals David Sanborn, Raf Ravenscroft en Michael Brecker. Met alle gevolgen van dien.

Of de glasbak toen al bestond weet ik niet meer, maar door Hilversum III van Herman van Veen zijn ze vast op het idee gekomen. Ik werd er wel vrolijk van.

En dat Nelson Mandela pas in 1990 vrij kwam, komt natuurlijk omdat wij toen al luidkeels meezongen met The Special AKA.

Voordat je ’s avonds de stad in ging, eerst je haren kammen kammen kammen kammen kammen Chameleon.

Wat The Glamorous Life precies inhield, daar kon ik alleen naar raden, terwijl ik voor de spiegel mijn haar in het vet probeerde te zetten zoals Simon le Bon met zijn Fle-Fle-Flex.

Qua kapsel vond ik Paul Young ook gaaf met zijn Common People, maar die zóng zo snel. Ik verstond hem niet. Wel pikte ik daardoor de eerste kennismaking mee met superbassist Pino Palladino.

Ga je ook mee de stad in Frankie, nee die ging naar Hollywood.

Eerst nog een filmpje pakken, wordt het Beverly Hills Cop, Amadeus of de eerste Police Academy — die met die geluidjes!

Op de klanken van When Doves Cry (nummer zonder bas, bizar!) gingen we op zoek naar De Meisjes. En maar hopen dat ze naar je lachten.

Maar die moest je eerst zoeken. Meestal waren ze ergens aan het Dancen In the Dark.

Wij ernaar toe. Ja je moet wat, als Owner of a Lonely Heart.

En een Private Dancer konden we toen nog niet veroorloven.

Slowen deden we op Careless Whisper. Over saxofoon gesproken!

Purple Rain, Purple Rain, de hele avond lang.

Of samen heel hard meezingen met Lionel Richie: Tamboli desay demoya, hey Jambo Jumbo, ook al had je geen idee wat je zong.

Net als bij Yah Mo Be There.

Op de dansvloer van het gymnasium gingen we helemaal uit onze dak-dak-dak-dak-doctor Beat.

Fantaseren over een Uptown Girl die in een Hot Water.. you get the picture.

Wil jij met mij morgen samen een beschuitje eten before you go-go.

Wie er won? Meestal The Right Side.

Ach, we waren gewoon Lost in Music.

En aan het eind van avond werden we allemaal thuisgebracht door The Cars.

Van Time After Time werd ik altijd een beetje melancholiek.

Eenmaal thuisgekomen voelde je je natuurlijk zo verdomd alleen.

Omdat je soms in het westen, soms ook in het oosten wilde zijn.

Nou ja, zo Zwart Wit is het gelukkig allemaal niet, maar het was een mooie tijd.

En als je het echt niet meer wist, wie belde je dan?

Juist: Ghostbusters.

tom beek (c) hans reitzema

Tom Beek, saxofonist, webdesigner, fotograaf en tekstschrijver. Onregelmatig op Twitter en Instagram. Eindredacteur Jazz Bulletin.

0 gedachten over “De muziek van mijn 1984”

  1. Hein de Kort cartoon uit die tijd: “Hier, een cassette om cassettes in op te bergen; een cassette cassette dus. Voor bandjes van Duran Duran, Talk Talk en The The”. Snapt nu ook geen hond meer…

    Beantwoorden
  2. En als wijsneuswil ik toch even melden dat er maar 2 zenders waren in 1984. Nederland 3 is pas sinds 1988 in de lucht. Verder een topverhaal, weer even terug in de tijd! Bedankt Tom!

    Beantwoorden

Plaats een reactie